donderdag 29 september 2011

Herfst

Jos snoof. Het was nog erger dan vorig jaar, hoe was het nu toch mogelijk. Hij liet zijn blik over het bospad dwalen. Overal lagen bladeren, kastanjes, nootjes, kapotte bolsters en takken. En de gemeente voorzag zulke mooie bladkorven.
Jaren geleden had hij eens niet consequent de bladeren die van zijn treurwilg op de stoep vielen opgeveegd en in de manden gegooid, en lap, daar stond de buurtwachter, of hij de manden nog niet gezien had, en of hij dan alstublieft de stoep wou schoonhouden, want dat wordt nat en vies en glibberig en voor je het weet komen er ongelukken van, en dat is dan UW SCHULD Jos, en dat hij dat toch niet wou, een gebroken heup op zijn geweten.
Braaf had Jos een bezem gepakt en geveegd, en daarna geraapt en in de mand gepropt. Later had hij zelf een bladblazer gekocht, en nu blies hij de hele straat schoon, jaja hij vond dat belangrijk, een schone buurt, het papier bij het papier en het glas in de glasbak en niet ernaast, en zeker niet in de witte zak, en ook niet bij het pmd, gewoon alles op z'n plaats. Toch schoon hoe de wereld geordend wordt, en goed, want Jos deed dat niet voor zichzelf, neeeee, hij deed dat voor de natuur. Hij was doordrongen van het feit dat we zorgzaam moesten zijn voor onze omgeving, we hebben maar één aarde, en daar moeten we het mee doen.

 Veel mensen vonden dat Jos overdreef, maar hij zette door, tot vorig jaar.
Ineens was daar het besef, wij doen zoveel voor de natuur, maar wat doet zij? NIKS.
Kijk nu naar het bos. Jos zuchtte nog eens. Alles door elkaar, de bladeren op de mooi geharkte paadjes, die bomen lieten dat gewoon vallen, zomaar waar het hen uitkomt, of niet uitkomt, gewoon achteloos.
Jos voelde zich alsof hij jaren een huis had proper gemaakt en nu besefte dat de bewoners bewust om hem te pesten met modderlaarzen door de woonkamer liepen.

'Klootzakken'  riep hij met overslaande stem, 'allemaal, profiteurs, ruimt uw blaren zelf op, en al uw eikels en die stoeme kastanjes' woedend schopte hij tegen een bolster, en tegen een tak, en tegen die grote  vervuilende boom.


De mensen die Jos later terugvonden, gevangen tussen de doornige takken van een gigantische braambes verklaarde dat de man enkel zei dat de boom begonnen was, en dat hij niets zou zeggen zonder zijn advocaat.

De natuur wint altijd.

vrijdag 9 september 2011

Knorretje

'Jamaar, jamaar, zo zijn we niet getrouwd. Dàt was de afspraak niet.'
Hilde keek haar man streng aan. Heel de dag had ze er niets van gezegd, maar nu werd het haar te machtig en vol afgrijzen keek ze naar de broek van haar echtgenoot. Een traan rolde uit haar ooghoek, dat kon hij haar toch niet aandoen, ze hadden nog zoveel plannen, jong, viriel, potent, vruchtbaar, allee, zo, hunkerend enzo

'Het is voor Gaia.' Mompelde Eric.
Jahaa, dat wist ze wel maar de gevolgen, had hij daar al aan gedacht met zijn miezerig kippenbrein? Hoe ver gaat die solidariteit? Want zo losjes in de broek, wat hebben die zwijnen daaraan, niet veel zou ik denken, voel je hun pijn? Voel je de frustratie van die niet-meer-zo-mannelijke-beren?
Ze waren een geëngageerd koppel, links en vegetarisch en elke maand geld storten voor 11 11 11 (omdat honger een onrecht is), veel met de fiets, een affiche van het deeltijds kunstonderwijs aan hun venster, en altijd een klein stapje verder gaan dan de modale bakfietsouder, écht links dus. Maar nu dreef hun engagement een wig tussen dit ozo schone koppel.

'Waarom ben je niet gaan protesteren tegen die kippen in die veel te kleine kotjes? Dan hadden we tenminste... ' Hilde haar stem stokt.
'Bon, als het moet dan moet het.'

Ze gaf Eric de jutte zak, nam een baksteen in elk hand en zuchtte diep.

Uiteindelijk zijn kinderen ook veel te belastend voor het milieu. 

zaterdag 13 augustus 2011

U vraagt

'En pas op, als je je niet gedraagt zal er iets gebeuren!'
De moeder keek haar twee kleuters streng aan alvorens ze hen de speeltuin liet inlopen.
Ze zette zich op een bankje, met een boek en keek tevreden voor zich uit. Mooi weer, vakantie, een goed boek, wat wou ze nog meer? Kelly boog zich glimlachend over haar boek.
'Excuseer mevrouw.'
Een mooie man, rijzig, strak in het pak, hippe zonnebril zat ineens naast haar op de bank. 'Sorry dat ik u stoor, maar ik hoorde wat u zonet tegen uw kinderen zei, en ik vroeg mij af of u al iets in gedachten had.' De vrouw staarde hem  niet begrijpende aan.
'En pas op, als je u niet gedraagt zal er iets gebeuren!' De man imiteerde haar stem griezelig goed. Hij stak haar een kaartje toe 'POD, ProbleemOplossenDenken voor u en met u! ' Kelly fronste.
'Ja, dat dacht ik al'. De man haalde een mapje tevoorschijn. 'De meeste ouders dreigen maar willekeurig, maar zo leren die stumperds niets, ik zie uw dochter haar zus nu bijvoorbeeld kei-hard van de schommel duwen, dat mocht toch niet, want dan zou er iets gebeuren.
Kelly zag haar dochter huilend op de grond liggen terwijl haar zus op de schommel klom.
'We hebben hier bijvoorbeeld een pakske slaag door een vreemde vrouw, of een vreemde man, dat is wat u verkiest, een korte ontvoering, het stukmaken van de lievelingspop, of gewoon het huisdier doodrijden, dan bent u er ineens vanaf, want u hield toch niet van die kat. Nietwaar?'
Kelly verbleekte, 'nee', stamelde ze, 'dat bedoel ik helemaal niet'.
Nu fronste de man, 'u zei het wel, mevrouw, wat is dat toch met die incompetente ouders van tegenwoordig. Wat had u dan in gedachte toen u zei 'En pas op, als je u niet gedraagt zal er iets gebeuren!' Een knuffel? Een extra dessertje? 100 euro cash om ne joint mee te scoren, ik dacht het toch niet?'
Kelly schudde haar hoofd.
'Wel? wat dan? He?'
'U zei het "gewoon", omdat u dat altijd zegt, en zo wilt u evenwichtige volwassenen van uw kinderen maken.
Tsssssssssss.'
'U bederft onze stiel, hoe kunnen wij nu werken als alle ouders maar steeds op hun woorden terugkomen, als u dreigt, dreig dan en als het toch maar een slap pro-formatje is hou dan uw mond.'
'Ik zal het voor deze keer zo laten, maar volgende keer ga ik gewoon voor de bijtende loslopende hond'.

Kelly staarde verbijsterd naar de lege plaats op de bank naast haar.  Ze riep haar kinderen, en duwde ze onder luid protest terug in de auto.
Bijna zei ze en stop met zeuren of er gebeurt iets, maar nog net op tijd bedacht ze zich.

Vlak bij haar huis miste een camion op een haar na een lief konijntje dat heel toevallig uit een hokje was ontsnapt.




maandag 20 juni 2011

Wanneer komt er nu eindelijk eens een verbod?!

'HA' denkt ze in zichzelf terwijl ze boos, zelfs kwaadaardig naar de oma met de Brusselse Wafel kijkt. 'En waarschijnlijk maar commentaar hebben op de jeugd, die alles verpest.'
Snel draait ze zich om en houdt haar adem in, maar daar verschijnt en kind met een ijsje, angstig knijpt ze haar ogen dicht en perst haar lippen op elkaar.
Vertwijfelt strijken haar handen langst haar heupen, mmmm, zeker is ze niet, ze heeft wel haar ogen erg snel toegeknepen, maar wat? Wat?
Ze spert haar ogen open en kijkt recht in het gezicht van een bezorgd kijkende man. 'Alles goed, juffrouw?' Zijn stem klinkt ijl en ver weg en wordt overstemd door de geur van frieten, verse frieten van het frituur.
De angst slaat Anja om het hart. 'Neeeeeeeeee,' roept ze. Loopt weg. Weg van hier, weg van deze egoïstische hufters.
Snel haalt ze een appel uit haar tas, en terwijl ze in zichzelf wiegt en zich concentreert op het fruit, traag kauwen, voelt ze aan haar dijen, en stelt vast dat ze weer dikker is geworden.

Weer passief vet en suiker gefret, ellendige wereld!

dinsdag 14 juni 2011

Leonidas

'Missen is iets raar.' Dacht Irène terwijl ze bij Leonidas op haar beurt stond te wachten. Ze bestelde een kilo witte pralines - alleen die zonder noot- en zuchtte terwijl het meisje een doosje uitzocht.
'Is het een cadeautje?'
Irène knikte.
Nee, het is geen cadeautje, maar dat moest dat jong schaap niet weten, het was puur voor zichzelf, om mezelf eens te verwennen, want ik verdien het', dacht Irène. De gedachte klonk vals en nagekauwd uit het boekje met 100 tips voor een zelfverzekerd en stressvrij leven.
Op de voorkant stond een vrolijke niet zo jonge vrouw meer, met lachrimpeltjes, en een witte jurk, te midden van een veld met zonnebloemen.

Haar man had het haar gegeven, voor haar veertigste verjaardag.
Irène haar glimlach verstarde, die pralinetrut had het doosje veel te stevig ingepakt, ze scheurde haar nagels door die stomme plakband.
Ze stak twee pralines tegelijk in haar mond en liet ze smelten.
Veel te zoet, ze slikte moeizaam.
Wanhopig propte ze er nog een praline bij. En nog één, tranen schoten in haar ogen. De kat keek haar niet begrijpend aan.
Zo moeilijk kon dat toch niet zijn, nog twee erbij.
Irène kneep in het doosje, en kwijlde op het hulpboek.


Ze keek op de klok, nog een half uurtje voor haar Jean thuis zou komen, nog een half uur om de pralinetroep op te ruimen.

Huilende tastte Irène naar de papieren zakdoekjes die ergens in haar tas zaten en veegde haar mond af.
Godverdomme, de dood kan zoet zijn. My ass. Niks zoet, en eigenlijk ook niet dood. Volgende keer misschien toch met noot proberen.

maandag 13 juni 2011

Vapona

Rustig ademde Karel in en uit. En in. En uit. Hij concentreerde zich op het zacht zoemen van de mug. Deze nacht zou hij zich niet laten opjagen. De grote Zenmeesterspreuk op facebook was duidelijk 'Wees meer een Kikker dan een Ooievaar'
Duidelijk, het plaatje klopte nu, de puzzel viel schoon op zijn plaats, alle stukjes één voor één.
In en Uit.
De mug zoemde, maar Karel jaagde zich niet meer op, oh nee,hij was als De Kikker, geduldig.

Of was het joeg.

De twijfel sloeg toe.
Want stel, stel dat hij een fout woord bezigde, een detail, maar was dat in het zenzijn niet juist superbelangrijk?
Heel het plan viel in duigen, jaagde of joeg  een ander woord kon Karel onmogelijk gebruiken, de mug zoemde, luider en luider, hij voelde de vleugels naast zijn neus strijken, maar hij kon zich niet meer ontspannen, zijn hart klopte in zijn keel, hij ademde hoog en onregelmatig.

Woest gooide hij zijn donsdeken van zijn naakte lichaam, startte de laptop op, en delete zijn facebookaccount, nam zijn tweeloop en richtte naar de plaats waar hij het gezoem meende te kunnen lokaliseren.

Coniferen

Onrustig dacht Enisa aan haar sterfelijkheid. Normaal had ze daar niet zoveel last van, maar nu de IJsheiligen echt wel voorbij waren,  voelde ze de onrust opkomen.
De zomer stond aan de voordeur, klaar om vrolijk en zonnig zijn (haar?) entree te maken. Maar was zijzelf ook niet in de zomer van haar leven? De tijd van rijpe vruchten? Maar onherroepelijk de voorbode van de Herfst en de Winter?
Ze slikte.
Het vallen van de bladeren, haaruitval, verdorren en vereenzamen, en dan een stemmig heengaan. In het beste geval, of aftakelen, lijden, krimpen en wegkwijnen.
Bang keek ze naar haar man, zou hij wel van een dorre tak blijven houden? Anderzijds was hij ook wel kalend en dikbuikig, misschien was het voor hem al lang herfst, geen zomerse fruitigheid te bespeuren.
Enisa nam een besluit, ze kuste haar man, stapte in haar auto en ging op zoek naar een conifeer. Winter en zomer groen, immer jong. Ze glimlachte.
Vrolijk claxonerend draaide ze de grote baan op.
En reed onder een vrachtwagen.

vrijdag 27 mei 2011

Eind juni, elke jaar weer

Daar komen de giraffen, in rijtjes van twee lopen ze over het podium.
Lange nekken gemaakt van lege rolletjes huishoudpapier, slordig geverfd door onhandige kleuterhandjes. De trompetjes klinken veel te hard door de goedkope geluidsinstallatie.
Meneer Vermandere zuchtte diep en kruiste zijn armen over elkaar 'godgodgod in den hogen hemel' mompelde hij tegen niemand in het bijzonder. Mevrouw Vermandere gaf hem een stomp en een dodelijke blik, om vervolgens een traantje weg te pinken.

Daar kwam haar trots, haar geweldig kind, onze Ronny, verkleed als olifant, met een slurf gemaakt van papier maché, zelf gemaakt, wel te verstaan. Wat een mooie slurf, wat een talent had dat kind toch, een mooie toekomst lachte hem toe. Het Mas was gewoon voor hém gebouwd.
Een denkrimpel krulde in het voorhoofd van mevrouw Vermandere, Ronny was natuurlijk ook erg verstandig, hoogbegaafd zelfs, dus misschien wou hij wel liever gaan studeren, chirurg, of gevechtspiloot worden.

Meneer Vermandere zuchtte, en keek verveeld naar de olifantendans, infantiel gedoe. Oké, het zijn kleuters, maar is dat een rede voor dit debiel gehuppel? En dan die slurven.  Hij wierp een blik op zijn vrouw, ze zat met tranen van ontroering naar deze wansmakelijke vertoning te kijken. Hij zuchtte nog eens, harder nu.
Hier en daar fluisterde stemmen 'stil!' en 'sttttttt'

Mevrouw Vermandere snikte hoorbaar nu, stel u voor, en dan op missie naar Afghanistan, of nog verder, je hoort zo van die verhalen. En dan op een mooie dag de politie aan de deur, met de pet in de hand en een 'Mevrouw, u kan best even gaan zitten.'
Mevrouw Vermandere liet haar tranen nu de vrije loop, haar man keek zeer geërgerd naar zijn eega.

Zij vond het natuurlijk weer geweldig, straks zou ze weer tegen iedereen lopen zeiken hoe geweldig en talentvol hare Ronny is, en dat zij ook best veel talent had, maar door huwelijk en baren en vooral door haar man verknecht werd en haar schilderskiel voor een ordinaire bloemetjesschort had moeten ruilen.

Hij zuchtte, en probeerde zich op de dansende bloemen op het podium te concentreren, nog een kwartiertje, en dan konden ze naar huis.

Mevrouw Vermandere wilde er niet meer aan denken, zo'n schoon leven, zoveel talent,   nog een kwartiertje, en dan konden ze naar huis.


Kloteschoolfeest.
Dachten ze beide.

woensdag 25 mei 2011

Neem mij!

Het bloed trok weg uit Karel zijn gezicht. Hij mompelde een vloek. Binnensmonds, dat spreekt voor zich.
Karels vloeken nimmer hardop, zelfs geen potverpitjes of andere onzinvloeken.
Maar dus binnensmonds.
Hij luisterde, zoals elke dag naar Radio 1, en hoorde hoe een vrouw die een leeg flesje dat rondslingerde in de vuilbak mikte in de bloemetjes werd gezet.
Weeral was hij het niet.
Hoe vaak was hij dit jaar naar de boekenbeurs gegaan, in de hoop eindelijk als honderdste, of tweehonderdste of desnoods als laatste bezoeker in de bloemetjes te worden gezet? Hoe vaak had hij in de ene week geglimlacht, want misschien botste hij op de juiste mensen die hem zouden erkennen.
Maar nee, altijd gingen ze naar iemand anders. Hij wist het niet zeker, maar hij vermoedde een complot, ze moesten hem niet, alleen maar omdat hij een kale vijftiger was, dat stond niet op de foto, weet u wel? Ze moesten jonge vrouwen hebben, of een leuk gezinnetjes. Zijn mond verwerd een grimas. Een gezinnetje, alsof het zijn schuld was dat hij nooit getrouwd was, geen kinderen had, alleen een hond, een blinde incontinente scheper van tien jaar. Die op de foute plaatsen plaste.
Maar Karels blijven ook niet bij de pakken zitten, dus lijnde hij Sam de Scheper aan en trok de voordeur dicht. Misschien was hij wel de vijfduizendste koper van Cara pils deze maand. Zuchtend sleepte hij de plassende hond mee naar de plaatselijke superette, hopend trompetgeschal en bloemenmeisjes.

maandag 16 mei 2011

Daar is de lente

Langzaam ontvouwde de bloem zich.
In de winter had ze knolgewijs onder aarde en modder en sneeuw en ijs gezeten, bibberend en verlangend naar het grote kiemen. Langzaam was ze boven de aarde gekomen, eerst aarzelend een beetje lichtgroen, maar dra krachtig met blaadjes en knop en bloem en al.
En nu dus ontvouwen, sierlijk, elegant.
Eigenlijk zou er wel vioolmuziek bij passen, een strijkje, of misschien een vrolijk trompetje.
Wat volgde was een grote duisternis en malende tanden.

Ook voor koeien is de eerste lentedag een waar feest.

zondag 15 mei 2011

Evolutie

Tergend traag schuifelde de man over de stoep. Hij botste tegen gehaaste forenzen die hem boos aankeken, en werd soms zelfs nagestaard door NMBS-personeel dat net iets minder gehaast was.
De man zette voet voor voet.
'E-vo-lu-eren' dacht hij, nooit ging dat snel, de aap werd niet van de ene minuut op de andere mens, neen er gingen jaren overheen, vele vele jaren. En zoveel tijd heeft de mensheid niet meer.
Stap voor stap.
Het had heel wat voeten in de aarde voor de eerste visachtige aan land kroop en besloot om rechtop te gaan lopen, voordat de eerste werktuigen werden gemaakt, de mens eindelijk de microgolf oven ging gebruiken.
Eerst de tenen, dan de bal van de voet en dan de hiel.
Adem in en uit en in en uit en in en uit.

Nu was iedereen sneller, maar wacht maar, binnen een paar jaren zat iedereen zonder olie, als ze al niet verpletterd waren door één of ander natuurfenomeen, maar hij, Alex Van Der Smisschen  zou geëvolueerd zijn, en als één van de enige mensen vrolijk rond lopen op deze verwoeste aarde.
Ha!

Jammer dat die trut van de personeelsdienst het niet snapte en hem waarschijnlijk weer vakantie uren zou laten opnemen voor de uren dat hij te laat op kantoor kwam.
Meneer Van Der Smisschen zuchtte en stapte toch maar door. Het leven als genie was niet makkelijk.


Witte balonnen en pubervet


Het rendier keek schichtig in de verte.
Zag het daar een grote man? Met een geweer? Het was toch geen jachtseizoen?

Nu lag hij onder plastic folie op een piepschuim bakje.
‘Hertenfilet’
En dan een datum van verval.
Eigenlijk voelde hij zich nu al vervallen, echt florissant en blakend van gezondheid zag hij er toch niet uit? Zo bloot en zonder gewei, en ook wel veel kleiner als toen hij in den bos rondliep.
Ze maken de mensen toch wat wijs, bedacht het hert zich, en die stumpers geloven het nog ook.
Zouden ze echt niet weten dat een hert er helemaal anders uit hoort te zien? Waar was zijn pels trouwens, en zijn gewei?
Hij probeerde door de folie te kijken, maar echt duidelijk kon hij zijn omgeving niet waarnemen.
Zo’n boerenbedrog, is er geen consumentenorganisatie die hier een zaak van zou willen maken?
Het hert droomde al van roem, hij zag de krantenkoppen al voor zich: ‘Hert ontmaskert zwendel, duizenden mensen opgelicht!’ En dan een voor en na foto van zichzelve, dan zouden de mensen eindelijk, eindelijk weten wat een hert juist is, wat het hertenzijn inhoudt! Uiteraard zou hij een diepte-interview geven, en over zijn jeugd vertellen, en de zeven hoofdzonden.

Hij was zo in gedachten verzonken dat hij niet had gemerkt dat hij ontfolied werd.
Ineens voelde hij een allesverzengende hitte en kreeg hij rode wijn over zich.
Hij snakte naar adem.
Ondank is werelds loon, en toen ging het licht uit.